G.J. Dukker
Huis met hoog zadeldak en gepleisterde lijstgevel. Het huis uit de 17e eeuw, de gevelversiering uit ca 1870. |
Het is ondoenlijk om al die schoonheid hier te beschrijven. We maken een uitzondering voor een plafond in het huis no. 50; daarop prijken vier geschilderde portretten: die van Vondel, Rubens, Thorwalsen en Galileï. Dichter, schilder, beeldhouwer en sterrekundige kijken hier vanuit den hoge op u neer. | 85 |
De oudst bekende eigenaars van dit huis waren Gerard en domicella Alverada, kinderen van Arnd van Vladeraeken 1); zij verkochten het aan Martinus of Maarten van Elmpt Henrickzn, die schepen van den Bosch was en van zijne vrouw Elisabeth N. eenen zoon Hendrick had, die dit huis van hem erfde; deze verkocht het 14 November 1521 (Reg. n° 122 f. 19v) aan Aerd 2), zoon van Dirck Aerdszn; het werd alstoen omschreven als: domus, area, ortus, domus posterior, pons ac
| 227 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vacua hereditas, pronunc domus, area, ortus, domus posterior, pons, necnon quaedam camera ultra dictum pontem sita retro dictam domum posteriorem, gui siti sunt ibidem inter hereditatem Wolteri Oems, filii Johannis (olim Ludolphi Buck) et hereditatem conventus opten Ulenboch ex uno et inter hereditatem Domini de Bucstel at hereditatum ejusdem conventus ex alio, tendentes a communi platea, die Postelstraet vocata, ad quendam viculum, dictum die Ulenborchstraet. Aerd, zoon van Dirck Aerdszn, voornoemd had eenen zoon Dirck Aerdszn, die dit huis van hem erfde en het onder Berlicum bij den Bosch gelegen landgoed de Wamberg kocht 3); hij huwde met Henrica, dochter van Joseph Henrickszn van den Stadeacker, die bij haar geene kinderen zal hebben verwekt, daar zij toch het goed de Wamberg vermaakte aan de kinderen harer zuster Judith of Jutte, (die gehuwd was met Marcelis, den zoon van Jo Hermanszn 4) van Bergen en Catharina van den Kerckhoff), zooals blijkt uit den navolgenden inhoud eener schepenakte van den Bosch van 15 September 1587 (Reg. n° 241 f. 136v):
Judith, dochter van Joseph Hendrickszn van den Stadeacker en weduwe van Marcelis, zoon van Jan Hermans van Bergen, doet afstand van den tocht in d'eene helft van den steenen huyse, erve, gront, hoff, metten boogardt omgraven zijnde, oick mette selven graften ende wagenshuys, gestaen ende gelegen op ende aen de hoeve, genoempt de Wamberch inne der prochie van Berlicum, by saliger Henrica, dochter der voirn. wylen Josephs Henrickszn van den Stadeacker,
| 228 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
weduwe wijlen Dirix Arts Dirixzn achtergelaten, te wetene in alsulcke helfte van den steenen huyse, erve, gront, hoff, boomgart, wagenhuys ende graften voirs, dair inne Hanssen, sone wyle Marcelis, sone Jans Hermans ende Judith voirgen, d'erffrecht is competerende nae inhouden des testaments by de voirs. wylen Henrica van den Stadeacker weduwe Dirix Artssen op 29 Decembris l.l. gemaict voir heer ende mr. Peter de Ruyter, priester, canonick der kercke van 's-Hertogenbossche, als openbair notaris ende sekere getuygen, - ten behoeve van Hans, de zoon van haar en haren genoemden man.
Waarop deze zoon voor de eene helft en zijne zuster Yda voor een 1/8 in de andere helft van voirn. steenen huyse, erve, gront, hoff, bogardt, graften ende wagenhuys, wuyt vrientschap ende gerieff het gebruik afstonden aan Jan Raessen en diens huisvrouw, Yda voord., voor den tijd van hun leven, behoudens dat Hans zal behouden „syn gebruyck ende optreck in eene van de nedercameren der voirn. steenen huyse; daarna heeft Catharina, dochter van wijlen Marcelis en Judith voornd, aan voornoemden Jan Raessen en Yda, zijne huisvrouw, ook uuyt vrientscappe ende vergonninge, hun levenlang gegeven het gebruik van haar 1/8 „ínne der hoeve met allen henre landen, genoempt der Wamberch, gelegen in de prochie van Berlicum, als wylen Henrica van den Stadeacker wede Dirick Artszen deselve heele hoeve heeft achtergelaten, uuytgenomen het steenen huys, erve, gront, hoff, boomgart, omgraven sijnde, oic metten selven graften ende wagenhuys, totten voirs. hoeve behoorende, waerinne de voirn. Catharina nochtertijt nyet en is gerecht, met conditie dat Jan Raessen en Yda voorn. „de huysine van der bouwerye in verhouding tot haar aandeel zullen onderhouden, en de opgaande eikenboomen niet zullen vellen dan met hare toestemmming, voor zooverrre haar recht daarop reikt.
Genoemde echtelieden Marcelis van Bergen en Judith van den Stadeacker hadden deze kinderen:
| 229 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De sub a tot en met c genoemde kinderen van Marcelis van Bergen transigeerden 17 November 1603 voor Schepenen van den Bosch (Reg. n° 656 f. 366) met den sub c genoemden Joseph Beyharts over den verkoop van eikeboomen, staande op de hoeve en het goed de Wamberg, gelegen onder Berlicum en Rosmalen.
Dirck Aerdszn laatstgemeld vermaakte het hier bedoeld huis in de Postelstraat aan zijne vrouw Henrica van den Stadeacker, die het in 1586 weder vermaakte voor de eene helft aan haren genoemden moeizegger Hans van Bergen en voor de andere helft aan hare genoemde moeizegster Caharina van Bergen, welke deze helft op hare beurt vermaakte aan haren man mr. Godefroi Steech.
De kinderen van deze laatste, zoo uit eersten als uit
| 230 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
tweeden echt, verkochten 19 Maart 1629 (Reg. n° 365 f. 239) laatstbedoelde helft aan Amand de Hornes, heer van Geldrop, die ze den 17 September daaraanvolgende (Reg. n° 369 f. 337) weder verkocht aan mr. Albert van Breugel, licentiaat in de rechten en raad van den Bosch; deze laatste verkocht 21 Januari 1647 (Reg. n° 393 f. 192) die helft, welke nu wordt gezegd te zijn: „de helfte in eene huysinge, erve, plaets, hoff, achterhuys boven de Diese, met een stallinge ende poirt achter in den Uylenberchstraet uytgaende, staende in de Postelstraat" tusschen het huis voorheen van Lucia van Hohensteyn weduwe van jonker Peter van Broeckhoven, rentmeester der Staten van Brabant, nu Abraham Kip, ex uno en het huis, eertijds van Lambert die Wolff, nu mr. Theodore Smets en zijne vrouw Maria van de Water ex alio, aan mr. Marcelis Hermans van Bergen, licentiaat in de rechten, die als erfgenaam van zijnen vader Hans van Bergen reeds de wederhelft van dat huis bezat. Genoemde mr. Marcelis Hermans van Bergen stelde Nicolaas Buysen en Jacob van Lier Janszn 4), kooplieden te den Bosch, tot zijne erfgenamen in en zoo kwam dit huis evenals het landgoed de Wamberg aan hen; zij verkochten dat huis 12 November 1668 (Reg. n° 450 f. 91), als wanneer het werd omschreven als: „eene seer schoone huysinge, erve, plaets, hoff, achterhuys boven de Diese, met eene stalling ende poort achter in den Uylenborchstraet uutgaende, met grote schone bovenende benedecamers, met schoone overwulfde kelders," enz, aan Gijsbert van Grinsven. 5)
Deze was gehuwd met Maria van Campen 6), dochter van Guiliam, heer van Bysterveld en Geertruy Vermeulen. Zij schonk hem deze kinderen:
| 231 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| 232 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Laatstgenoemde, François van Grinsven n.l., erfde van zijne ouders het hierbedoelde huis. Zoowel hij als zijne voornoemde broeders stierven kinderloos, want zijne erfgenamen waren, voor de eene helft de hiervoren sub a 1-4 vermelde kinderen Potters en voor de andere helft de hiervoren sub b 1-6 vermelde kinderen Gast en Nicols; dezen, voor zooverre zij toen nog minderjarig waren, vertegenwoordigd door hunne voogden, zijnde voor de kinderen Gast en Nicols hun broeder Gerrit Gast en voor de kinderen Potters Henrick van Beugen en Theodorus van Berckel, verkochten 23 Augustus 1719 (Reg. n° 539 f. 52) dit huis, - dat alstoen omschreven werd als: huis met erf, plaats, tuin en achterhuis boven de Dieze, alsmede stalling en poort, op de Uilenburg uitkomende, staande aan de Postelstraat, het huis eertijds der erven van mr. Johan Eelkens, nu de vrouw van Johan van den Heuvel ex uno en het huis van Pieter van Beugen ex alio, - aan mr. Petrus Nagelmaeckers, woonachtig te den Bosch, zoon van mr. Rogier en Maria Tholinx weduwe van Pieter Vughts; hij betrok dit huis metterwoon en huwde 1. Johanna Maria van den Endepoel (dochter van Pieter en Anna Maria Bosch); 2. in 1721 Catharina Huygermans, die toen op de Markt in den Bosch woonde, dochter van Heribertus en Geertruid Gast; van hem erfden dit huis zijne kinderen uit eersten echt: Petronella Maximiliana, echtgenoote van Andreas Emanuel van Spoelberch d' Eyndhouts en mr. Hendricus Josephus Nagelmaeckers, die gehuwd was met Henriette Verster (dochter van Jan Louis en Catharina Gast), welke na zijnen dood hertrouwde met mr. Philip Reynhart Vitrarius, griffier en secretaris van Oisterwijk. Van mr. Hendricus Josephus Nagelmaeckers erfde dit huis diens dochter Catharina Martina Nagelmaeckers, echtgenoote van mr. Antony Willem Hendrik Nolthenius, ontvanger van de convooien en licenten te Tilburg, die het 28 April 1775 verkocht
| 233 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aan Joannes Half-Wassenaer, heer van Nieuwkuik en Onsenoort, gedoopt te den Haag 18 October 1706, overleden 10 Februari 1782, echtgenoot van Joanna Everarda de Roy, dochter van Bernard Willem. Van dezen erfde het hun zoon Bernard Jacob Half-Wassenaer, heer van Nieuwkuik en Onsenoort, lid van het Wetgevend Lichaam en lid der Bossche Municipaliteit, geboren te den Haag 6 September 1746, overleden in den Bosch 10 Nov. 1810, echtgenoot van Petronella Jacoba van Engelen. Thans is dit huis het kantoor van 's Rijks directe belastingen. | 234 |
Noten | |
1. | Een Arnd Arndszoon van Vladeracken, vermeld 1413-1459, had van zijne vrouw Catharina van den Berge twee zonen Jan en Gerard van Vladeracken, die in 1446 nog minderjarig waren. In 1522 was Elisabeth van Rode weduwe van Gerard Arndszn van Vladeracken. |
2. | Zijn broeder heette Dirck; hij verkocht in 1539 een huis in de Postelstraat te den Bosch. |
3. | Jan van Erp Janszn genaamd van Beerse, meester van den H. Geest te den Bosch, kocht 7 Februari 1540 (Reg. n° 159 f. 93) de helft van eenen mansus, gelegen te Berlicum ter plaatse de Wamberg, van de erven zijner vrouw Yda, dochter van Henrick Celen en weduwe van Jan Kanapart. Hij en zijne medegerechtigden verkochten daarop 30 juli 1554 dit goed, dat toen de Wamberg geheeten werd, aan laatstgenoemden Dirck Aerdszn; sedert dien is het nooit meer verkocht geworden, wat voor een Noordbrabantsch landgoed zeker merkwaardig is. |
4. | Men zie over Jacob van Lier Janszn blz 164. |
5. | Hij kocht in 1697 het huis de Drie Kronen in de Korenbrugstraat te den Bosch (Reg. n° 483 f. 103), dat hij in 1705 weder verkocht (Reg. n° 485 f. 130). |
6. | Hare zuster Johanna van Campen huwde met 1. Johan van Hedel; 2. Thomas Minten. |
7. | Hun andere zoon was Theodorus de Pottere, wijnkooper te den Bosch, die huwde met Ida van den Heuvel, terwijl hunne dochter was Anna Maria de Pottere, die trouwde met Johan van Lier, heer van Leeuwenburg onder Vught en koopman te den Bosch, zoon van Jacob Janszn en Allegonda van Empel. |
8. | Hun zoon Jaspar Gast huwde in 1706, als wanneer hij te den Bosch op het Hinthamereind woonde, Petronella Loeff; zij schonk hem een zoon Johannes Arnoldus Gast, die huwde met Maria Sopers, welke hem baarde een zoon Theodorus Jasper Gast, die huwde Johanna Maria de Mele, dochter van Louis en Gertruda van Ceulen. |
1865 | T.H. Pompe (particulier) |
1875 | H.W.C. Kruijs (koopman in glas en verfwaren) - wed. W.C. Kruijs (partikulier) |
1881 | H.W.C. Kruijs (koopman in glas en verfwaren) - wed. W.C. Kruijs (particuliere) |
1896 | Firma J.G. Cooijmans en zn. |
1908 | Belastingkantoor - J.H. Briels (commies post en telegraaf) - R.A. Briels (rijksambtenaar) |
1910 | Belastingkantoor - R.A. Briels |
1928 | F.A. Mennen |
1948 | Bureaux Prov. Streekplandienst |
Hans Boselie en Peter-Jan van der Heijden, Bossche monumenten in beeld (1975) 80